Maria Magdalena en het Licht

21-11-2017 00:00

Dat Maria Magdalena in onze tijd op zoveel plaatsen op de voorgrond treedt, heeft alles te maken met het bewuster worden van de zoekende mens. Want haar beeld, als vertrouwde en zelfs als geliefde van Jezus, verwijst naar een dubbele relatie: zowel die van leerling-leraar als die van wederzijdse genegenheid en liefde van het hogere voor het strevende, en andersom. En hoeveel literatuur er ook gaat over hun eventuele uiterlijke, materiële historie, wie werkelijk leest, ervaart onmiddellijk dat we hier te maken hebben met symbolische taal, symbolische beelden, en verstrekkende inzichten.

Zowel Maria Magdalena als Jezus verwijzen naar de ziel. De ene is de hunkerende, de zuivere en dynamische zoekende ziel, de andere, Jezus is de ziel van de oorspronkelijkheid, behorende bij een wereld die ongeschonden, onverdorven is. Wat is dan de boodschap van die fascinerende gestalte, Maria Magdalena voor onze tijd? Deze heeft te maken met haar relatie met Jezus. Hebben die twee een bruiloft gevierd? De betekenis van deze vraag kan in de zin van het citaat uit de Handelingen van Johannes worden verklaard. Iedere mens kan een heel bijzondere bruiloft vieren. In de mysteriën van de verschillende religies wordt deze de ‘heilige bruiloft’ genoemd. Het is de innerlijke vereniging van de ziel, de bruid, met de goddelijke andere, de goddelijke geliefde. In onze tijd komt deze mysteriewijsheid weer aan de oppervlakte. Wij worden gestimuleerd tot het zetten van een volgende bewustzijnsstap.

In het gnostieke evangelie volgens Filippus dat in 1945 bij Nag Hammadi werd gevonden staat:

‘Het mysterie van de bruiloft is groot… Het bestaan (van de mensen) berust op de mens en het bestaan van de mens berust op het huwelijk. Het weet van de onbevlekte gemeenschap, want deze heeft grote macht.’

In het evangelie van Filippus wordt het bruidsvertrek als metafoor gebruikt voor de vereniging van het mannelijke aspect, de goddelijke geest, met het vrouwelijke, de menselijke ziel, in iedere man of vrouw. De relatie van Jezus en Maria Magdalena symboliseert deze band. Daaruit ontstaat de heelheid, het samengaan van de polariteiten.

Maria Magdalena is een symbool voor een ziel die deze weg gaat.. Zij heeft de verlosser ontmoet, heeft zijn weg gevolgd en versmelt met hem. De heilige bruiloft is het uiteindelijke doel van het mens zijn. Maria Magdalena komt voort uit de christelijke traditie. Zij heeft echter ook zusters in andere religies. De islam kent onder andere de liefde van Laila en Majnun. Veel soefimeesters hebben deze liefde als innerlijke weg, nageleefd. In het Jodendom klinkt het Hooglied van Salomo. Dat begint met de woorden: ‘Hij kusse mij met de kus van zijn mond; want zijn liefde is lieflijker dan wijn.’ (Hooglied 1,2). De kaballa, de joodse mystiek kent de geheimen van de heilige bruiloft. De goddelijke emanaties stromen uit de zogenaamde sefiroth-boom. Deze belichamen zich in de mens die zich daarvoor als een bruid voorbereidt. Zij zijn ‘de liefde, lieflijker dan wijn.’

In het gnostieke gedachtegoed is dit denken alomtegenwoordig. Gnosis betekent inzicht in de zin van hoge bewustwording. Onze ware identiteit wordt door een opvlammen van een innerlijk Licht onthuld en dat wijst ons de weg naar het goddelijke oerbeeld. In de heilige bruiloft wordt dit beeld volledig openbaar. Op deze wijze wordt in het evangelie van Filippus gezegd: ‘De heer hield (op een andere wijze) van Maria dan van de andere leerlingen en hij kuste haar vaak.’ Jezus vergeleek Maria Magdalena met de zieneres die het Licht ziet dat gekomen is. 

Achter het beeld van Maria Magdalena is het archetype van de menselijke ziel werkzaam. Zij verandert van het vergankelijke vrouwelijke aspect in het eeuwig vrouwelijke. Deze ontwikkeling voltrekt zich in ons innerlijk.

‘Let erop dat niemand jullie misleide door te zeggen: ‘zie hier’ of zie daar’, want de zoon des mensen verblijft in jullie innerlijk. Volg hem! Die hem zoeken zullen hem vinden’, wordt gezegd in het evangelie volgens Maria Magdalena.

Maria Magdalena was een grote ingewijde omdat het goddelijke wezen ‘mens’ in haar ontstond. In Het Gesprek met de Verlosser, een vroeg christelijk geschrift uit de Nag Hammadicodices spreekt zij als een vrouw die het al kent. Hier wordt de relatie gelegd van de kosmos met het begin van een bevrijdende weg: Maria zei: ‘Dit met betrekking tot “De verdorvenheid van alle dag” en “De arbeider die zijn voedsel waardig is” en “De leerling die op zijn leraar lijkt”.’ Deze woorden sprak ze als een vrouw die het al kende.

De leerlingen zeiden tot hem: ‘Wat is het pleroma en wat is het tekort?’ Hij antwoordde hun: ‘Jullie zijn van het pleroma en jullie wonen op de plaats waar het tekort is. En zie, zijn licht werd op mij uitgestort.’

[…] Judas zei: ‘Vertel me, heer, wat is het begin van de weg?’ Hij antwoordde: ‘Liefde en goedheid. Als een van deze beide bij de archonten aanwezig was geweest, zou de verdorvenheid nooit zijn ontstaan.’

wordt vervolgd

uit Pentagram jaargang 33 nummer 3, 2011 

 

Terug