Apocalyps
01-10-2012 00:00
1 En er verscheen een groot teken in de hemel: een vrouw, bekleed met de zon, en de maan was onder haar voeten en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren.
2 En zij was zwanger en schreeuwde het uit in barensnood en in haar pijn om te baren.
3 En er verscheen een ander teken in de hemel. En zie: een grote vuurrode draak met zeven koppen en tien horens. En op zijn koppen zeven diademen.
4 En zijn staart veegde het derde deel van de sterren van de hemel en wierp die op de aarde. En de draak stond voor de vrouw, die op het punt stond te baren, om haar Kind te verslinden, zodra zij Het gebaard zou hebben.
5 En zij baarde een Zoon, een mannelijk Kind, dat alle heidenvolken zal hoeden met een ijzeren staf. En haar Kind werd weggerukt naar God en naar Zijn troon.
6 En de vrouw vluchtte naar de woestijn, waar zij een plaats had, die door God voor haar gereedgemaakt was, opdat men haar daar zou voeden twaalfhonderdzestig dagen.
7 Toen brak er oorlog uit in de hemel: Michaël en zijn engelen voerden oorlog tegen de draak, ook de draak en zijn engelen voerden oorlog.
8 Maar zij waren niet sterk genoeg, en hun plaats werd in de hemel niet meer gevonden.
9 En de grote draak werd neergeworpen, namelijk de oude slang, die duivel en satan genoemd wordt, die de hele wereld misleidt. Hij werd neergeworpen op de aarde en zijn engelen werden met hem neergeworpen.
10 En ik hoorde een luide stem in de hemel zeggen: Nu is gekomen de zaligheid, de kracht en het koninkrijk van onze God en de macht van Zijn Christus, want de aanklager van onze broeders, die hen dag en nacht aanklaagde voor onze God, is neergeworpen.
11 En zij hebben hem overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad tot in de dood.
12 Daarom, verblijd u, hemelen, en u die daarin woont! Wee hun die de aarde en de zee bewonen, want de duivel is naar beneden gekomen, naar u toe, in grote woede, omdat hij weet dat hij nog maar weinig tijd heeft.
13 En zodra de draak zag dat hij op de aarde was neergeworpen, ging hij de vrouw vervolgen die het mannelijke Kind gebaard had.
14 En aan de vrouw werden twee vleugels van een grote arend gegeven, opdat zij naar de woestijn zou vliegen, naar haar plaats, waar zij gevoed wordt, een tijd en tijden en een halve tijd, buiten het gezicht van de slang.
15 En de slang spuwde uit zijn bek water als een rivier, de vrouw achterna, om haar door de rivier te laten meesleuren.
16 Maar de aarde kwam de vrouw te hulp, en de aarde opende haar mond en verzwolg de rivier die de draak uit zijn bek had gespuwd.
17 En de draak werd boos op de vrouw, en ging heen om oorlog te voeren tegen de overigen van haar nageslacht, die de geboden van God in acht nemen en het getuigenis van Jezus Christus hebben.
18 En ik stond op het zand bij de zee.
Uit het boek Openbaringen,12
Sinds lang woedt er een hevige strijd tegen de kinderen van het Licht of het nageslacht van de ‘Vrouw’...een strijd die zich richt tegen de mensheid, draagster van het goddelijke Zaad...
Sinds lang beheerst de Draak met zijn engelen of Lucifer met zijn vazallen deze dualistische aarde, de Hoer van Babylon genoemd naar het boek Openbaringen .
Onbezielde wezens,verstoken van het Licht nemen menselijke vormen aan en bewegen zich tussen de mensheid, waardoor de zielemens elke dag moedwillig geslachtofferd wordt.
Door zijn Val in onwetendheid en verzaakt te hebben aan zijn Eerste Liefde mist hij het nodige onderscheidingsvermogen. Hij wordt geleefd , onbewust geworden van het Leven door en in het Christuslicht.
Sinds zijn natuurgeboorte werd hij ondergedompeld in dit levensveld, willoos ondergaat hij alle getijden en beschouwt dit als een normaal verschijnsel …
Elke dag wordt hij beroofd van zijn levenskracht en merkt niet hoe hij uitgebuit en leeggezogen wordt.
Want dit is een oord van manipulatie, van doctrines en verleiding,van macht en eigenwaan. Het is een oord waar trots en hoogmoed zegevieren en de illusie van het ‘ik’ wezen gekoesterd wordt.
Het is dus een oord van onnoemlijk lijden, een voortdurende slingerbeweging in de tijd….
Sinds lang klinkt de Roep vanuit de goddelijke regionen, een Roep die aanzet tot Ontwaken, opdat geen Kind meer zou verdwalen. Steeds weer klinkt het Levende Woord,wachtend op het moment dat het gehoord kan worden en weerklank vindt in de ziel. Sinds lang wordt een koord geworpen in de kuil van vergetelheid waarin de mens zich bevindt,niet in staat om het te grijpen.
Doch,wanneer het heldere Daglicht binnenstroomt, doorheen de geopende luiken van het hart ,wordt de diepe afgrond gezien en herinnert men terug wat men achterliet.. ..
De tijd is nu rijp ...de Hemelsluizen openen zich en het Licht zal overvloedig stralen. Vanuit een stuwend verlangen naar het Vaderhuis dringt zich de keuze op en zal de mensheid een beslissende stap zetten op weg naar een Nieuw bewustzijn.
Wat zich afspeelt in het groot vindt zijn oorsprong in het klein. De Geboorte is nakend, het Licht wordt krachtiger en zoekt ‘grond’ in hen die zich hierop afgestemd en voorbereid hebben. Door het grote zelfoffer op het Pad van endura vangt een weergaloos proces aan, waardoor de grote Transformatie wordt ingezet.
Want slechts de Geestziel, als draagster van het Christuslicht, kan de duisternis trotseren en het Kwaad Overwinnen.
De zaden van de draak en de slang worden pas dàn herkend en geknecht als de oorspronkelijke Ziel herboren wordt in het hart van de mens en het Christuskind kan ‘wassen’; hierdoor zal ook de kentering plaats vinden op wereldvlak.
Hierin ligt dan ieders opdracht,om zich te richten naar het Licht ,opdat wat duister is geen weerklank meer kan vinden en op die manier aan kracht verliest.
Een Nieuwe tijd breekt aan, een nieuw Licht, een nieuwe Dag, waarin Gods Liefde zal zegevieren en het evenwicht hersteld wordt binnen de intermenselijke relaties.
Wanneer het Beest het einde voelt naderen,worden alle registers opengetrokken uit overlevingsdrang.
Het Kwaad en zijn uitwasemingen, mede door de mens gecreëerd (de aeonen) ,lijken toe te nemen. Doch in werkelijkheid wordt de duistere kracht in zijn subtieler wordende handelingen, meer en meer ontbloot door het Licht.
Dat is de strijd die gevoerd wordt binnen de mens, geroepenen voor de kleine oogst en binnen de mensheid, geroepenen voor de grote oogst...
De Overwinning lonkt, het Licht zal zegevieren,de Draak zal geketend worden in zijn kerker en de goddelijke Zon zal herboren worden in de vele mensenharten.
Zowel de mens als de aarde zijn het strijdtoneel waarin de Apocalyps zal plaatsvinden, als aanzet tot Vernieuwing en ter bevrijding van de menselijke ziel.
De verantwoordelijkheid is groot van hen die Weten en de tijd is heel erg kostbaar.In de Dienst aan God vindt het zelfoffer plaats op het Pad dat verrijst ,waarin Zijn Plan tot bestemming komt in de handelingen van Zijn dienaren.
(M)cirkelpunt
Vangelis-Light and Shadow
———
Terug